Leusden,
23
februari
2017
|
15:36
Europe/Amsterdam

Van min 40 tot 110 graden boven nul: alle klimaatomstandigheden in één ruimte

“Van de hitte in de Kalahari-woestijn tot aan de vrieskou van Lapland: hier reproduceren we alle mogelijke klimaatomstandigheden.” Het zijn de woorden van een technicus van het SEAT Technical Center, die een dashboard in de speciale ruimte plaatst.

Op de kwaliteitsafdeling van autofabrikant SEAT worden auto-onderdelen getest bij temperaturen die variëren van -40 graden tot +110 graden. Dit om er zeker van te zijn dat materialen niet achteruitgaan bij blootstelling aan hitte en kou.

Geen last van zout
Om te onderzoeken wat er gebeurt als een auto in kustgebieden gebruikt wordt, wordt in één van de ruimtes dezelfde vochtige en zoutachtige lucht nagebootst zoals je die aan zee vindt. Zo wil SEAT garanderen dat de onderdelen van de auto geen last krijgen van corrosie als hij bij zee langere tijd buiten staat.

Als een klant in Mexico woont en zijn auto elke dag in de brandende zon staat, moeten SEAT ervoor zorgen dat de kleur niet verbleekt. Daarvoor is de xenotest, die zonlicht en de effecten ervan simuleert. Afhankelijk van hun plaats op de auto blijven onderdelen één week tot vier maanden in het testlab.

Getest in alle uithoeken
Naast deze simulaties stuurt de fabrikant de auto’s ook naar de uithoeken van de planeet waar een poolklimaat heerst of juist een woestijnklimaat. Blootgesteld aan de elementen blijven de auto’s daar een tot twee jaar om er zeker van te zijn dat geen enkel onderdeel lijdt onder de extreme omstandigheden. SEAT exporteert auto’s naar 75 landen. De zon in Mexico verschilt met die in Noord-Europese landen als Duitsland of Zweden, terwijl de auto’s toch dezelfde prestaties in alle mogelijke omstandigheden moeten leveren, waar dat ook maar mag zijn.